Ontwikkeling | Nr. | Onderwerp | L/B | I/S | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Budgettair neutraal | 05.01 | Ontwikkeling areaal afvalverwijdering en afvalstoffenheffing | L | S | 350 | 650 | 650 | 650 | 650 |
B | S | -350 | -650 | -650 | -650 | -650 | |||
05.02 | Beheer- en onderhoudskosten diverse projecten en nieuwe ontwikkelingen | L | S | 244 | 247 | 247 | 247 | 247 | |
-244 | -247 | -247 | -247 | -247 | |||||
05.03 | Bijdrage Omgevingsdienst West-Holland | L | S | 324 | 324 | 324 | 324 | ||
B | S | -324 | -324 | -324 | -324 | ||||
05.04 | Aanpassen kostenverdeelstaat gemeentelijk wagenpark | L | S | 9.442 | 9.442 | 9.442 | 9.442 | 9.442 | |
-9.442 | -9.442 | -9.442 | -9.442 | -9.442 | |||||
B | S | 55 | 55 | 55 | 55 | 55 | |||
-55 | -55 | -55 | -55 | -55 | |||||
Mee/Tegenvaller | 05.05 | Indexeren wijkvernieuwingsprojecten | L | S | 190 | 341 | 340 | 339 | |
B | S | -185 | -185 | -185 | -185 | ||||
05.06 | Hogere kosten onderhoud groen | L | S | 600 | 950 | 950 | 950 | 950 | |
05.07 | Transport GFT en Restafval | L | S | 234 | 437 | 436 | 435 | ||
-185 | -345 | -345 | -345 | ||||||
B | S | -49 | -92 | -91 | -90 | ||||
05.08 | Aanvullend krediet project klimaatbestendige inrichting openbare ruimte Noorderkwartier Oost | L | S | 35 | 35 | 35 | 35 | ||
B | S | -35 | -35 | -35 | -35 | ||||
05.09 | Lagere doorbelasting wagenpark aan afvalstoffenheffing en rioolheffing | B | S | 504 | 504 | 504 | 504 | ||
05.10 | Nieuw contract buitenreclame | L | S | 59 | 59 | 59 | 59 | 91 | |
B | S | -229 | -229 | -229 | -229 | -354 | |||
05.11 | Aanbesteding onkruidbestrijding op verharding | L | S | 246 | 337 | 337 | 337 | 337 | |
B | S | -225 | -225 | -225 | -225 | ||||
Tot. | 676 | 1.401 | 1.553 | 1.551 | 1.458 |
Door groei van de gemeente nemen de kosten voor afvalverwijdering toe, deze worden gedekt door een hogere opbrengst afvalstoffenheffing. Het gaat om een toename van totaal ruim 2.000 woningen in 2023 en 2024. De extra opbrengst bedraagt € 350.000 in 2024 en € 300.000 in 2025. Bij elkaar structureel € 650.000 vanaf 2025.
Door enkele nieuwe ontwikkelingen zijn de beheer- en onderhoudskosten van de openbare ruimte met € 237.575 toegenomen. Dit betreft de overdracht in het kader van de Rijnlandroute (3 bruggen Stevenshof € 11.818, Hofvlietweg € 53.308 en Ommedijkseweg € 5.000), vergroenen rotonde Rooseveltstraat € 7.161, Singelparkpromenade Witte Singel € 3.123, vergroenen Sophiastraat € 4.375, Beethovenpark € 7.990, Boshuizerkade € -2.583 en het Van der Werfpark € 26.432. Tevens zijn er ook middelen meegenomen voor het evenement-gereed maken van het Schuttersveld € 30.000. Nieuwbouwontwikkelingen Nieuweroord (€ 60.000), Dolfijn ’t Schippertje (€ 8.570) en de overdracht van Sylviusweg – Oortweg (€ 22.381).
De Omgevingsdienst West-Holland verhoogd de bijdrage met 9,25% dit komt deels overeen met de indexatie van de Leidse begroting. Een bedrag van € 6.007 wordt gedekt uit de taakmutatie algemene uitkering. Hierdoor wordt deze aanmelding budgetneutraal doorgevoerd.
Conform financiële wet- en regelgeving moeten alle (bedrijfsvoerings)kosten die de gemeente maakt worden toegerekend aan de prestaties waarvoor wordt gewerkt. Hiervoor maakt de gemeente, op basis van de jaarlijkse capaciteitsplanningen, een kostenverdeelstaat (KVS). Bij het maken van de KVS voor 2024 is gebleken dat er met name binnen het wagenpark verschillen zitten tussen de begrote kostenverdeling en de werkelijke kostenverdeling. Met deze aanmelding wordt de begrote KVS voor 2024 daar op aangepast. Gevolg hiervan is dat er meer kosten naar de prestaties werken voor derden en beheren openbare ruimte gaan en minder naar de prestatie inzameling huishoudelijk afval. De wijziging aan de kostenkant is budgetneutraal. Aan de dekkingskant levert dit een nadeel op dat is opgenomen als aanmelding 05.09 Lagere doorbelasting wagenpark aan afvalstoffenheffing en rioolheffing.
De wijkvernieuwingsprojecten, Gasthuiswijk-Haagweg-Zuid, Morskwartier, Professorenwijk Oost, Vogelwijk en Hart van Meerburg worden voor het grootste gedeelte bekostigd door de investeringen uit het Integraal Water Keten Plan (IWKP) en een gedeelte door investeringen Wegen. De afgelopen jaren zijn de investeringen automatisch beschikbaar gesteld.
Zodra een investering beschikbaar is gesteld, is de standaard praktijk dat deze niet meer worden geïndexeerd. Bij de kapitaalintensieve domeinen zoals wegen en riolering zien we dat de prijsstijgingen (inflatie) van de afgelopen jaren dusdanig hoog zijn dat we met de beschikbaar gestelde kredieten niet meer hetzelfde kunnen realiseren als op het moment dat deze beschikbaar werden gesteld.
Voorgesteld wordt om de kredieten voor rioleringswerkzaamheden en klimaatadaptieve inrichting in de wijkvernieuwingsprojecten nu alsnog te indexeren. Op basis van de Grond Weg en Waterbouw Index van het CBS en de indexatie die door de gemeente Leiden is toegepast tussen nu en 2024 is een indexering van 26% nodig om een op een vergelijkbaar waarde peil te komen. De voorgestelde verhoging is daarom 26% over het resterend saldo per 31 december 2023 wat neer komt op €7.915.088 met een kapitaallast van € 185.257, en deze te dekken door een verhoging van de rioolheffing.
Daarnaast wordt voorgesteld om de kredieten die beschikbaar zijn gesteld voor werkzaamheden aan wegen voor de wijkvernieuwingsprojecten ook alsnog te indexeren. De voorgestelde verhoging is afgerond 26% over het resterend saldo wat neer komt op €4.476.019 met ongedekte kapitaallasten van € 156.661. Deze kapitaallasten zijn mogelijk te dekken door een verlaging van de dotatie aan de reserve duurzame stad. De verlaging van de dotatie is mogelijk doordat de klimaatadaptieve maatregelen niet meer worden gedekt uit de reserve duurzame stad waar in eerste instantie wel rekening mee is gehouden. De investeringen voor klimaat adaptieve maatregelen welke onderdeel zijn van het Integraal Waterketen Plan worden gedekt van uit de opbrengsten voor rioolheffing.
Er heeft een nieuwe aanbesteding voor het groen onderhoud in de stad plaatsgevonden. De verwachting vooraf was dat de prijs van onderhoud zou stijgen, daarom is besloten om met de aanbesteding vooral te sturen op de prijs. Desondanks zijn de inschrijvingen hoger uitgevallen dan wat er aan middelen beschikbaar is. De voornaamste redenen van de verhogingen zijn areaal uitbreidingen, inflatie, minder personeel in de markt beschikbaar, relatief dure groen inrichtingen in Leiden, hoge gebruikersdruk, wet-, regelgeving en beleid (bijvoorbeeld broed en snoeiseizoen). De structurele kosten lopen hierdoor meerjarig op met € 950.000.
In 2013 en 2016 zijn er meerjarige contracten afgesloten voor het transport en de verwerking van GFT en Restafval. Deze contracten lopen in 2025 af. Na een gedegen analyse en inwinning van gespecialiseerd extern advies is de conclusie dat door prijsstijging in de markt de transportkosten in 2025 ca. € 100.000 hoger worden. Tevens is geadviseerd om over te stappen op een meer robuust transportconcept en ook de uitvoering hiervan zelf ter hand te nemen. De afgelopen jaren waren immers flinke problemen ontstaan in de uitvoering van het transport door derden waarmee de continuïteit in de afvalinzameling, een wettelijke taak van de gemeente, in ernstig gedrang kwam. Door het afvaltransport zelf uit te voeren kan de bedrijfszekerheid, duurzaamheid en kwaliteit van de dienstverlening beter worden gegarandeerd tegen vergelijkbare markttarieven. Het extern uitgevoerd onderzoek laat zien dat het afvaltransport zelf uitvoeren mogelijk is tegen dezelfde kosten als commerciele partijen rekenen.
De huidige werkzaamheden worden gedaan tegen een jaarlijks budget van 345.000. De jaarlijkse kosten zullen zal vanaf 2026 stijgen met 92.000. De nieuwe kosten zullen bestaan uit een uitbreiding van 3 FTE chauffeur (vanaf 1-4-2025) en 2 nieuwe transportwagens (inclusief bijbehorende exploitatie kosten, zoals onderhoud en brandstofkosten). In verband met de langere levertijd van de voertuigen zullen de werkzaamheden halverwege 2025 beginnen. Hierdoor zullen de kosten het eerst jaar (2025) minder zijn.
Om dit te realiseren is voor 2025 een aanvullend budget nodig van € 49.000 en vanaf 2026 € 92.000. Dit betreft dan het transport van afval uit Leiden. Dekking kan plaatsvinden via de afvalstoffenheffing. Per huishouden betekent dit een stijging van de afvalstoffenheffing met € 0,68 in 2025 en € 1,28 in 2026.
In de wijk zijn wij het gemengde rioolstelsel (één rioolbuis) aan het vervangen door een gescheiden rioolstelsel (twee rioolbuizen). Ook leggen we een klimaat adaptieve drainage aan om de grondwaterstand te reguleren zodat wateroverlast en uitdroging van de bodem wordt voorkomen. De sleuf die we moeten graven om deze drie buizen aan te leggen is substantieel breder dan de sleuf die ooit is gegraven voor de huidige rioolbuis. Hierdoor ontgraven we veel m3 grotendeels onaangeroerde grond waarin veel bodemvreemde materialen worden aangetroffen. Deze moeten opgegraven en verwijderd en/of gesaneerd. Deze tegenvallers op het rioleringswerk zorgen voor extra uitvoeringskosten en uitloop van het project van einde 2024 naar eerste half jaar van 2025.
Tijdens de voorbereidingen van fase 1 is uit de gegraven proefsleuven niet gebleken dat we veel bodemvreemd materiaal konden verwachten. Tijdens de uitvoering van fase 1 bleek dit te kloppen.
Uit de gegraven proefsleuven tijdens de voorbereidingen van fase 2 is ook niet gebleken dat we veel bodemvreemde materialen konden verwachten. Er was dan ook geen reden om in de kostenraming van het project rekening te gaan houden met de schaal waarop we nu tijdens de uitvoering bodemvreemde materialen aantreffen. Ook intensief bodemonderzoek voorafgaand aan de uitvoering van fase 2 dat de aannemer in opdracht van de gemeente heeft uitgevoerd, gaf geen aanleiding tot zorgen in deze richting.
Echter het bodemvreemd materiaal dat we inmiddels op grote schaal zijn tegengekomen in fase 2 bestaat uit vervuilde grond, ondergrondse bouwwerken zoals kademuren, brughoofden, beschoeiingen en loze kabels en leidingen die moet worden gesaneerd en afgevoerd. Dit opgraven en verwijderen en/of saneren leidt tot hoge extra uitvoerings- en stagnatiekosten. Dit geheel leidt tot een naar verwachting financiële tegenvaller van € 1.578.509,-. Voorgesteld wordt om dit bedrag aanvullend beschikbaar te stellen aan het krediet “riool vervanging Noorderkwartier Oost” waarvan de kapitaallasten € 35.113,- bedragen, te dekken door het verhogen van de rioolheffing.
Geconstateerd is dat het wagenpark voor straatreiniging ten onrechte direct voor 100% wordt toegerekend aan het beleidsveld afvalverwijdering en daarmee ook voor 100% wordt gedekt door de afvalstoffenheffing. Het wagenpark voor straatreiniging dient als eerste te worden toegerekend aan het beleidsveld Beheren openbare ruimte. Vanuit dit beleidsveld rekenen we vervolgens een deel van de kosten door aan de rioolheffing, afvalstoffenheffing (beide voor 33%). Daarnaast is geconsteerd dat een deel van het wagenpark ten onrechte niet werd doorgerekend aan werken voor derden. € 504.000 kan niet worden doorbelast en komt ten laste van de algemene middelen.
Een nieuw contract voor de reclamezuil bij de A4 geeft vanaf 2024 een voordeel op de reclame inkomsten van structureel € 229.000. Dit is nog exclusief 25,8% Vennootschapsbelasting die we moeten afdragen (59k). Hierdoor hebben we werkelijk een voordeel van € 170.000. In 2028 wordt een nieuwe reclamemast bij de A44 gerealiseerd met jaarlijks € 125.000 reclame-inkomsten. Dit is nog exclusief 25,8% Vennootschapsbelasting die we moeten afdragen (32k). Hierdoor hebben we werkelijk een voordeel van € 93.000.
Door nieuwe aanbesteding voor onkruidbestrijding in de wijken Centrum / Noord stijgen de jaarlijkse kosten met € 337.000. Deze stijging van 21% (t.o.v. het oude contract) is voornamelijk het gevolg van gestegen loonkosten en brandstofkosten en stemt overeen met het landelijk beeld. Voor een groot gedeelte is er dekking gevonden: vanuit de afvalstofheffing (33%) (€ 112.000) en de rioolheffing (33%) (€ 112.000). Dit kan alleen vanaf 2025 omdat de heffingen voor 2024 al zijn vastgesteld. Omdat het contract vanaf 1 april 2024 ingaat hebben we het eerste jaar geen dekking (€ 246.000). Vanaf 2025 missen we een dekking van (€ 112.000).