Kaderbrief 2024-2028

Financiële ontwikkelingen

Ontwikkeling

Nr.

Onderwerp

L/B

I/S

2024

2025

2026

2027

2028

Budgettair neutraal

07.01

Subsidie Jantje Beton

L

S

65

    
   

B

I

-65

    

Mee/Tegenvaller

07.02

Aanvullend budget gymzaal Oppenheimstraat

L

S

    

118

 

07.03

SD Regionale Jeugdhulp 2024 - 2028

L

S

3.226

3.773

5.182

5.448

5.448

   

B

I

-2.026

-2.573

-3.982

  

Nieuwe uitgave

07.04

3e fase Herwaardering IHP Onderwijshuisvesting

L

I

 

150

150

  
    

S

 

13

91

289

1.483

   

B

S

 

-10

-68

-68

-67

Bijsturing

07.03

SD Regionale Jeugdhulp 2024 - 2028

L

S

   

3.198

2.148

        

-4.248

-4.248

Tot.

    

1.200

1.353

1.373

4.620

4.882

Budgettair neutraal

07.01 Subsidie Jantje Beton

In 2023 heeft de gemeente Leiden een subsidie van 65.000 ontvangen van Jantje Beton voor de aanleg van een speeltuin. Bij de resultaatbestemming is dit bedrag in de reserve leefbaarheidsprojecten gestort, omdat het in 2023 niet besteed is. Naar verwachting wordt het in 2024 besteed, daarom wordt het nu weer onttrokken aan de reserve. Indien deze subsidie niet voor het bestemde doel besteed wordt zal de gemeente dit bedrag moeten terugbetalen aan Jantje Beton.

Mee- / tegenvaller

07.02 Aanvullend budget gymzaal Oppenheimstraat

Om aan het wettelijke verplichte aantal uren bewegingsonderwijs te voldoen, is in 2018 besloten (RV 18.0010) om een gymzaal met 2 vloerdelen te realiseren aan de Oppenheimstraat 4.
Vanwege de impact op de buurt is gewacht op de besluitvorming omtrent de ontwikkelingen van sportpark Roomburg en is daarom het project Oppenheimstraat eind 2021 opgestart. Er is hierbij onderzocht in hoeverre het mogelijk is om het gebouw zo te realiseren dat in de toekomst sport mogelijk is. Tevens zijn er diverse varianten onderzocht. Het blijkt dat realisatie met het behoud van een deel van het het gebouw (circulair) financieel de gunstigste variant is. Echter, in de tijd die het heeft gekost om de noodzakelijke onderzoeken te verrichten, zijn de bouwkosten sterk gestegen en zijn de plankosten toegenomen. Hierdoor is er voor de realisatie een tekort van 2,7 ontstaan. In deze kaderbrief wordt de gemeenteraad gevraagd dit tekort te dekken zodat het project kan worden gerealiseerd.

07.03 SD Regionale Jeugdhulp 2024-2028

In de regio wordt verwacht dat de kosten voor specialistische jeugdhulp de komende periode fors gaan stijgen. Dit is het gevolg van een aantal jaarlijks terugkerende ontwikkelingen:

  • De kosten stijgen dooreen knellend zorglandschap en de inzet van duurdere zorg of zorginzet die buiten de budgetplafonds (of bij niet gecontracteerde partijen) moet worden ingezet (in urgente of ernstige situaties). Hoewel er nog geen formele regionale begrotingswijziging 2024 is vastgesteld en de totale de lastenverzwaring deels afhankelijk is van de benodige inzet en/of behaalde maatregelen in 2024 verwachten we dat de lasten in ieder geval toenemen met 1,3 miljoen in 2024 oplopend tot structureel 3,2 miljoen vanaf 2028.
  • In het meerjarenbeeld in de begroting 2024 is vanaf 2025 een geleidelijk naar structureel 1,6 miljoen oplopende taakstelling op regionale Jeugdhulp opgenomen. Deze taakstelling zal niet worden ingevuld.
  • De Service Organisatie Zorg (SOZ) heeft contractafspraken met vijf grote aanbieders van specialistische jeugdhulp voor jeugdhulpvervoer. Dit werd in 2022 en 2023 gefinancierd op basis van incidentele kosten vanuit het totaal van regionale jeugdhulpkosten. Om zicht te krijgen op de lokale kosten vanuit de jeugdhulpwet, waaronder het lokaal ingekochte jeugdhulpvervoer, is het van belang om een structureel budget van 450.000 op te nemen in de begroting.
  • Daarnaast is een extra structureel bedrag van 188.000 opgenomen als gevolg van wijziging van de bekostigingssystematiek voor pleegzorg.

Daarnaast treedt in de eerste jaren een aantal tijdelijke tegenvallers op:

  • Voor 2024 is daarnaast een incidenteel nadeel opgenomen van 700.000 voor voorzetting van intensieve jeugdhulp voor een gezin met een ingewikkelde achtergrond. De verwachting is dat de SPUK Onbedoelde Jeugdhulp niet verlengd wordt en dat er dus geen compensatie van het rijk wordt ontvangen.
  • Verder is voor de jaren 2024 en 2025 een incidenteel nadeel van 475.000 opgenomen als gevolg van de caseloadverlaging gecertificeerde instellingen. Daarbij wordt er vanuit gegaan dat er in de jaren daarna door hogere uitstroom geen extra kosten meer zijn.

De doorlopende kostenstijging van de gespecialiseerde jeugdhulp heeft een grote impact op de gemeentelijke begroting. Interventies in het verleden hebben niet voldoende effect gehad op de kostenbeheersing. De mogelijkheden om financieel bij te sturen lijken in het huidige systeem beperkt. De portefeuillehouders jeugd in Holland Rijnland hebben geconstateerd dat de huidige financiële situatie vraagt om fundamentele heroverweging van de wijze waarop het stelsel van jeugdhulp in de regio is ingericht en functioneert, zodat sneller kan worden voldaan aan de gezamenlijke opdracht om goede, tijdige, passende jeugdhulp te bieden en wachttijden en kosten te beperken. Op 6 december 2023 besloot het portefeuillehouder overleg (PHO) Jeugd daarom tot het instellen van een bestuurlijke Taskforce, die het proces van het voorbereiden en maken van fundamentele keuzes gaat aansturen. De opdracht van de Taskforce is om in september 2024 met een antwoord te komen op de vraag ‘kan het ook echt anders?’. Met andere woorden: welke fundamentele keuzes zijn noodzakelijk om meer sturing te kunnen geven aan het bereiken van de doelen en resultaten van de gemeenschappelijke opdracht in de gespecialiseerde jeugdzorg? De fundamentele keuzes, welke het PHO jeugd namens de samenwerkende gemeenten maakt, moeten gaan bijdragen aan een toekomstbestendig en betaalbaar stelsel, met behoud van de kwaliteit van gespecialiseerde regionale jeugdhulp in Holland Rijnland. De taskforce brengt tevens uitvoeringskosten met zich mee. Het Leids aandeel in deze kosten bedraagt jaarlijks 60.000 in de periode 2024 t/m 2026.

In juni 2023 is de hervormingsagenda Jeugd 2023-2028 definitief vastgesteld, ondertekend en aangeboden aan de Tweede Kamer en Eerste Kamer. Met de maatregelen uit de hervormingsagenda worden kostenbesparing en verbetering van de kwaliteit van jeugdhulp beoogt. De verwachting is dat de hervormingsagenda landelijk een structurele besparing van 1 miljard zal opleveren vanaf 2027. Het Rijk verwacht van alle gemeenten inspanningen om de agenda te implementeren. De gemeente Leiden zet zich in om de maatregelen uit de hervormingsagenda te implementeren.

Nieuwe uitgaven

07.04 3e Fase Herwaardering IHP Onderwijshuisvesting

Om goede, gezonde en toekomstbestendige schoolgebouwen te realiseren heeft de raad ingestemd met investeringen in een achttal schoolgebouwen uit fase 1 en 2 van het Integraal huisvestingsplan onderwijs (IHP) (Vlietlandcollege, ISK, De Weerklank, Lucas van Leyden (Vliet), De Wereldwijzer, Stevenshofschool, Noachstraat, Mareland (inclusief gymnastieklokalen). Daarmee is een investeringsbedrag gemoeid van 106 miljoen. Daarvan is op dit moment een bedrag van 47 miljoen daadwerkelijk besteed.
Voor de realisatie van een aantal projecten uit fase 3 van het IHP wordt nu aan de raad een totaalbedrag van 39,8 miljoen euro gevraagd om tot en met 2027 nog 3 scholen te kunnen verbeteren. Het gaat hierbij om de Leidse Houtschool (inclusief gymzaal), de Eerste Leidse Schoolvereniging en het Da Vinci College (Kagerstraat). Financieel betekent dit dat binnen het meerjarenbeeld van deze kaderbrief de extra kapitaallasten optellen tot ca. 1,4 miljoen.
Voor de vernieuwbouw van het Visser ’t Hooft Lyceum aan de Kagerstraat 1 wordt zowel in 2025 als ook in 2026 een bedrag van 150.000 gereserveerd. Deze bedragen zijn bedoeld als initiatiefbudget voor de voorbereiding. Dekking voor de volgende fasen van dit project zijn afhankelijk van toekomstige integrale afwegingen.
Voor de ambitie van het college om het Kindcentrum Stevenshof te realiseren wordt een investering van 1,98 miljoen gevraagd. Deze investering in 500m² peuteropvang en BSO op het terrein van de Stevenshofschool en Wereldwijzer is budgetneutraal. De afschrijvings- en rentelasten worden via de huur doorberekend aan de organisatie die de opvang gaat verzorgen.
Ten slotte wordt een bedrag van 612.000 opgenomen voor de sloop van een deel van het schoolgebouw aan de Vijf Meilaan 137 voor de bouw van het Vlietlandcollege op die locatie. Dit bedrag zal worden toegevoegd aan het bestaande krediet voor de bouw van het Vlietlandcollege.

Bijsturing
07.03 SD Regionale Jeugdhulp 2024-2028
Van de tegenvaller van 5,5 miljoen wordt een nadeel van afgerond 1,2 miljoen door loon- en prijsontwikkeling opgevangen vanuit de algemene middelen. Het resterend tekort 2024-2026 wordt gedekt vanuit de reserve sociaal domein. Hiermee staat vanaf 2027 nog een tekort open van afgerond 4,2 miljoen. Het college kiest ervoor om dit tekort vanaf 2027 als extra taakstelling binnen het sociaal domein op te voeren. Omdat de verdere kostenontwikkeling onzeker is en de opbrengsten van de heroverwegingen nog onzeker zijn, stelt het college voor om de behoedzaamheidsruimte in 2027 met 3,2 miljoen te verhogen en in 2028 met € 2,1 miljoen. Als de taakstelling niet geheel kan worden ingevuld, kan deze deels uit deze behoedzaamheidsruimte worden opgevangen.